Hout: verduurzamen

Voor een tuinhuis wordt meestal gebruik gemaakt van zachthout. Het is goedkoper en iets makkelijker te verwerken, maar daarmee is je tuinhuisje ook gevoeliger voor vocht. Houtrot ligt dan ook op de loer, onbehandeld vuren gaat maar een jaar of acht mee.

Er zijn verschillende methoden om de natuurlijke duurzaamheid van hout te verhogen. Een manier die vaak toegepast word is schilderen met verf of beits. Maar er zijn ook andere manieren om verduurzaamd hout voor een tuinhuisje toe te passen:

  • Door het hout te behandelen met impregneer middelen. Dat levert verduurzaamd hout op.
  • Door het onder druk te verhitten krijg je gemodificeerd hout.

 

Verduurzaamd hout

Verduurzaamd hout is geimpregneerd met een middel dat houtrot en vaak ook insecten geen kans geeft. Vroeger werd hout vaak behandeld met creosoot olie of carbolineum (ook wel carboleum genoemd). Op het platteland zie je soms nog oude schuren die behandeld zijn met carbolineum, het is bruin van kleur en laat de houtstructuur nog duidelijk zien. Dit middel is echter vrij giftig en mag dan ook niet meer gebruikt worden. Alhoewel minder werkzaam is er tegenwoordig als alternatief bruinoleum op de markt.

Tegenwoordig worden meestal wolmanzouten gebruikt om hout fabrieksmatig te impregneren. Wolmanzouten bevatten chroom en koper. Dit zijn zware metalen en ze zijn dan ook schadelijk voor het milieu. Met Wolmanzouten behandeld hout mag onder bepaalde voorwaarden nog wel. Je herkent het aan de blauw-groene kleur. Op deze manier geimpregneerd vuren gaat gemiddeld dubbel zo lang mee als onbehandeld hout (ongeveer 15 jaar).

Gemodificeerd Hout

Daarnaast worden ook temperaruur en druk behandelingen gebruikt om (meestal) vuren hout te verduurzamen. Op deze manier krijgen schimmels en ongedierte er minder vat op. Dit hout is dan onder diverse namen in de handel te verkrijgen.